HET MEEDELEN VAN ALGEMENE VOORWAARDEN VIA HYPERLINKS – “Onnodig formalisme heeft in het ondernemingsrecht geen plaats.”
Het gebruik van hyperlinks om algemene voorwaarden mee te delen en zich nadien erop te beroepen is aanvaardbaar.
Anno 2021 is het internet niet langer weg te denken uit onze samenleving. De afgelopen jaren maken bedrijven zeer dankbaar gebruik van e-mail en het internet met het oog op de uitwisseling van onder meer offertes en communicatie.
Een van de gevolgen was dat ook de verwijzing naar algemene voorwaarden meer en meer via elektronische weg verliep. Zo verwijzen o.m. expediteurs naar de “Algemene Belgische Expeditievoorwaarden 2005”. Deze algemene voorwaarden bevatten niet enkel de nodige betalingsvoorwaarden, maar stellen onder meer ook dat de expediteur een beperkte aansprakelijkheid heeft (25.000 €); niet aansprakelijk is voor indirecte schade en in hoofdorde slechts een middelenverbintenis heeft.
Het beroep op deze algemene voorwaarden vormt dikwijls ook een vereiste voor de verzekeraar van de expediteur. Op deze manier kunnen de risico’s van expediteurs worden ingedijkt en kan de verzekeringspremie binnen normale proporties worden gehouden.
Gedurende jaren werd het gebruik van deze hyperlinks waarin werd verwezen naar algemene voorwaarden, zeer sceptisch bekeken. Niet in het minst door de rechtbanken.
Opdat een expediteur ten aanzien van zijn klant de algemene voorwaarden kan inroepen, dient de expediteur aan te tonen dat zijn klant de algemene voorwaarden heeft aanvaard. Deze aanvaarding kan enkel aan de orde zijn wanneer de algemene voorwaarden op voorhand werden meegedeeld (ter kennis gebracht).
In de rechtspraak worden doorgaans volgende criteria gehanteerd om na te gaan of er sprake is van een aanvaarding:
- Heeft de andere partij kennis genomen (of redelijkerwijze kennis kunnen nemen) van de algemene voorwaarden?
- Werden de algemene voorwaarden voor of uiterlijk op de contractsluiting meegedeeld?
- Werden de algemene voorwaarden aanvaard of blijkt uit diverse elementen (bijv. een afwezigheid van protest of stilzwijgende aanvaarding) dat de algemene voorwaarden werden aanvaard?
Wanneer wordt aangetoond dat de algemene voorwaarden werden meegedeeld, werd doorgaans aangenomen dat bij gebrek aan protest, de algemene voorwaarden werden aanvaard, en de expediteur (of andere handelaar) zich erop kon beroepen.
Echter… in de meeste gevallen werd het meedelen van algemene voorwaarden opgevat als het fysiek meedelen ervan (bijv. aparte PDF bij een offerte, jaarlijkse rondschrijven (per aangetekend schrijven of e-mail) waarbij de algemene voorwaarden werden meegedeeld, overhandiging (en soms ondertekening) van de algemene voorwaarden, …). Wanneer er gebruik werd gemaakt van een elektronische hyperlink toonden rechtbanken zich veelal van hun meest kritische kant.
Niettemin werd gaandeweg de baan geruimd om een bredere, meer “21ste eeuw-proof” én met de economische realiteit overeenstemmende visie te aanvaarden, namelijk de aanvaarding van dergelijke elektronische communicatie (via hyperlinks).
In twee arresten van 12 september 2019 en 14 mei 2021 oordeelde het Hof van Cassatie dat de gebondenheid aan algemene contractsvoorwaarden vereist dat de wederpartij voor of bij de contractsluiting kennis had van deze voorwaarden of ten minste de mogelijkheid had om hiervan effectief kennis te nemen en zij hiermee heeft ingestemd.
Deze gebondenheid aan algemene contractsvoorwaarden vereist dus dat de andere partij voor of bij de contractsluiting kennis had van deze voorwaarden of ten minste de mogelijkheid had om hiervan effectief kennis te nemen en dat zij hiermee heeft ingestemd. Volgens een vonnis van de Arrondissementsrechtbank Antwerpen (2020) is het hierbij niet vereist dat er sprake is van een effectieve kennis, maar wel van een mogelijkheid om kennis te nemen van de algemene voorwaarden. Zo is een verwijzing naar de online vindplaats voldoende.
Dit is op zich logisch. De effectieve kennis zou potestativiteit teweeg brengen. Er kan niet verwacht worden dat – manu militari – een contractuele wederpartij effectief de inspanning levert de algemene voorwaarden te lezen. Echter, de voorwaarden konden met een minimum aan inspanning worden geraadpleegd.
Van een klant die zich gedraagt als een normaal zorgvuldige persoon die weet waar zij zich toe verbindt, mag de expediteur er dan ook vanuit gaan dat zijn klant instemde met voorwaarden die de klant via elektronische weg werden verstrekt (of waartoe de klant minstens de kans had deze te bekijken). De arrondissementsrechtbank, in lijn met andere rechtbanken, oordeelde dan ook dat een onderneming – bestemmeling effectief zelf op zoek moet gaan naar de algemene voorwaarden wanneer deze kennis heeft van het bestaan ervan. Een minimale inzet kan verwacht worden van de klant.
Ook het Antwerpse Hof van Beroep oordeelde reeds in 2017 dat de mededeling van algemene voorwaarden via een hyperlink aanvaardbaar is. Het Hof stelde:
“De toepasselijkheid ervan werd reeds meegedeeld voorafgaand aan de contractsluiting, met name bij het overmaken van de offerte waaromtrent door A. geen enkel voorbehoud werd gemaakt.
De verwijzing naar de vindplaats van de algemene voorwaarden door een hyperlink dient te worden aangenomen als de vereiste mededeling van de inhoud van de ingeroepen voorwaarden aangezien men van deze voorwaarden door een minimale inspanning kennis kan nemen.
Deze voorwaarden zijn ook aanwezig op de achterzijde van de facturen van C. (met verwijzing ernaar op de voorzijde), en de eerste vier facturen werden door A. nooit geprotesteerd.”
Naar aanleiding van een recent vonnis van de Antwerpse Ondernemingsrechtbank (december 2021), werd e.e.a. bevestigd.
De rechtbank kwam hierbij tot volgende – terechte – bedenkingen:
“Verwerende partij verwees reeds in haar ‘quotatie’ (offerte) naar de toepasselijkheid van de Algemene Belgische Expeditievoorwaarden 2005 met vermelding naar de vindplaats ervan en de vermelding dat deze voorwaarden gratis zouden worden toegezonden op eerste verzoek.
Het is correct dat een strikte toepassing van de vaststaande (cassatie)rechtspraak vereist dat de partij opzichtens wie de toepasselijkheid van algemene voorwaarden wordt bedongen hiervan n.a.v. het sluiten van de overeenkomst in kennis wordt gesteld (ook van de inhoud van deze voorwaarden) en dat deze partij de toepasselijkheid heeft aanvaard.
Naar oordeel van de rechtbank volstaat het (in geschillen tussen ondernemingen) dat de toepasselijkheid van deze voorwaarden klaar en duidelijk werd bedongen, dat de partij opzichtens wie ze werden bedongen redelijkerwijze (dus op eenvoudige wijze – met een minimum aan inspanning) kennis kon nemen van deze voorwaarden (door een correcte verwijzing naar hun vindplaats – bij voorkeur via een zgn. werkende hyperlink) en dat deze partij zich hiertegen niet uitdrukkelijk heeft verzet. Het vernieuwde verbintenissenrecht hanteert overigens eenzelfde criterium. Indien een contractspartij geconfronteerd wordt met een verwijzing naar toepasselijke algemene voorwaarden zonder zich de moeite te getroosten hiervan kennis te nemen (wat dus doorgaans makkelijk kan via het internet) of minstens deze op te vragen bij haar wederpartij in geval van twijfel of onvindbaarheid, strookt het niet met de vereisten met het moderne handelsverkeer hieraan het gevolg te verbinden dat deze voorwaarden deze partij niet tegenstelbaar zijn wegens niet rechtstreeks in extenso overgemaakt.
Van partijen die contracten sluiten in een professionele context mag worden gevergd dat zij offertes onderzoeken, ook wat bedongen voorwaarden betreft en mondig genoeg zijn om voorwaarden die zij niet toepasselijk wensen te zien te negotiëren of desgevallend af te wijzen. Onnodig formalisme heeft in het ondernemingsrecht geen plaats.
Aan deze voorwaarden is in casu voldaan zodat verwerende partij zich terecht in een hoedanigheid van commissionair-expediteur kan beroepen op de ABEV.
Het is zonder meer correct dat een commissionair-expediteur niet gehouden is tot een resultaat maar wel tot het voldoen van een inspanningsverbintenis.”
We kunnen dan ook samen met de Ondernemingsrechtbank besluiten dat “Onnodig formalisme in het ondernemingsrecht geen plaats (heeft)”, en het gezonde verstand dient te primeren. Dergelijk vonnis bevestigt opnieuw dat het gebruik van hyperlinks aanvaardbaar is en voldoende kan zijn opdat algemene voorwaarden ten aanzien van de klant kunnen ingeroepen worden.
Mocht u bijkomende vragen hebben omtrent tips en wenken aangaande de mededeling van algemene voorwaarden, aarzel niet ons te contacteren.
Christophe Van Mechelen